Automotive 1866521 1280

Achter het stuur, wanneer wel en wanneer niet?

Je bent net ongelukkig terecht gekomen toen je je enkel verzwikte op de laatste twee treden van de trap. Nu zit je in het gips. Gelukkig is het je linkerenkel en bestuur je een automaat. Want de kinderen moeten echt door iemand naar school gebracht worden. Maar hoe zit dat nu? Wanneer mag je autorijden met een medische aandoening en wanneer mag het niet?

We krijgen deze vraag vaker. Een verzekerde heeft bijvoorbeeld een voet of arm in het gips of is net geopereerd en vraagt of ze mogen autorijden. De dokter wijst naar de verzekeraar en de verzekeraar wijst naar de dokter. Hierdoor wordt de verzekerde van het kastje naar de muur gestuurd.

Wanneer kan ik wel rijden en wanneer niet?

Dit blijft altijd een lastige vraag. Het antwoord hierop is meteen duidelijk als je medisch advies krijgt waarin wordt aangegeven dat je niet kunt autorijden. Of wanneer je medicijnen gebruikt waarbij duidelijk wordt aangegeven dat je na het innemen niet kunt autorijden. In andere gevallen blijft het een twijfel.

Het CBR

Het CBR is de enige autoriteit die echt kan bepalen of een verzekerde in staat is om auto te rijden. Dit wordt getoetst door middel van een keuring. Je moet dan een gezondheidsverklaring invullen. De beoordeling van deze verklaring kan 4 weken duren. Na ontvangst krijg je formulieren toegestuurd die samen met een arts of specialist moeten worden ingevuld.

Het is een langdurig proces waarvan het CBR zelf al aangeeft dat er zeker 4 maanden voor moet worden uitgetrokken. In de meeste gevallen is die gebroken enkel dan al lang weer genezen. Dit soort toetsingen zijn meer bedoeld voor mensen die in verband met een chronische ziekte bang zijn dat ze niet langer in staat zijn om auto te rijden.

Maar wat nu?

Het CBR duurt te lang en ondertussen wil je graag weer de weg op. Maar hoe is dit nu precies geregeld in de verzekeringsvoorwaarden?
In de voorwaarden beroepen verzekeraars zich op bepalingen en uitsluitingen. Zo wordt er van je verwacht dat je in het bezit bent van een geldig rijbewijs en ben je niet verzekerd als je rijdt onder invloed van alcohol of drugs, bij opzettelijk veroorzaakte schade, of als er sprake is van schade door roekeloos rijden. Dit laatste is voor ons interessant, want wat is roekeloos rijden?

Wet- en regelgeving

In de Wegenverkeerswet 1994 WVW gaat het in hoofdstuk II over verkeersgedrag. Hierin wordt het volgende aangegeven:
“Het is een ieder verboden zich zodanig te gedragen dat gevaar op de weg wordt veroorzaakt of kan worden veroorzaakt of dat het verkeer op de weg wordt gehinderd of kan worden gehinderd.”

Vervolgens wordt er een opsomming gegeven van verkeersgedragingen zoals het niet verlenen van voorrang. Dit spreekt voor zich, maar er wordt niet gesproken over medische aandoeningen.

In de Wegenverkeerswet 1994, hoofdstuk IV, staat wel aangegeven waar je aan moet voldoen om je rijbewijs te kunnen halen. In artikel 124 staat dan weer dat het rijbewijs niet geldig is als de houder lichamelijk en geestelijk niet langer in staat is om te rijden. Er wordt niet specifiek gezegd wanneer dit het geval is.

De conclusie

Als een medisch specialist of naar aanleiding van een voorgeschreven medicijn niet duidelijk wordt aangegeven dat je niet in staat bent om auto te rijden, blijft het vaak onduidelijk of je wel of niet achter het stuur mag kruipen.

Het is dan belangrijk om jezelf af te vragen of rijden met een been in het gips zorgt voor roekeloosheid? De verzekeraar zal bij schade toetsen of de aandoening van invloed is geweest op de gereden schade. Is dit het geval? Dan kan de verzekeraar bepalen dat jouw schade niet of niet volledig wordt uitgekeerd.

TIP!

Wil jij weten met welke medicijnen je wel en niet de weg op mag?
Op de meeste verpakkingen zit een gele sticker met de waarschuwing dat het geneesmiddel het reactievermogen kan verminderen. Als deze sticker ontbreekt, kun je deze informatie altijd terugvinden op het etiket of in de bijsluiter.